Leendert Jacobus Florijn 1842-1874
Adam Robert Seibert 1848-1887
Catharina Johanna Brasselaar 1844-1931
Engelina Wilhelmina Brasselaar 1841-1937
Engelina Wilhelmina is de laatst gestorvene van zeven personen die begraven liggen in twee graven op het A veld.
Ze is geboren in Alkmaar en komt met haar echtgenoot Leendert Jacobus Florijn vanuit Rotterdam naar Gouda. Zijn beroep is, evenals dat van zijn vader, brander en het jonge echtpaar vestigt zich op de Hoge Gouwe 172, later 173, met een jeneverstokerij onder de naam L.J. Florijn.
Reeds vijf jaar later overlijdt Florijn, maar Engelina zet als distillatrice het bedrijf voort.
Het tweede huwelijk van Engelina met Adam Robert Seibert wordt in Gouda voltrokken. Seibert is afkomstig uit het wijnbouwgebied Rheinhessen en woonachtig in Rotterdam. In het bevolkingsregister staat dat Adam, wijnkoper zich in 1877 vanuit Rotterdam in Gouda heeft gevestigd.
Adam Seibert is nu hoofdbewoner en Engelina is slijtster.
Uit het boek Op Hoop Van Zaken, een studie van de industrialisatie van Gouda 1813 – 1913, door Bregje de Wit en uitgegeven door boekhandel Verkaaik in 2004, de volgende notitie: 
Aan de Hoge Gouwe werd door Adam Robert Seibert, en na zijn dood in 1887 door zijn weduwe Engelina Wilhelmina Brasselaar, het vak van distilleerder en brander uitgeoefend.
E.W. Brasselaar was eerder gehuwd met L.J. Florijn en werkte als distillatrice in jenever, stookster van fijne likeuren en minerale wateren, onder de Firma L.J. Florijn. In 1889 ging zij een vennootschap aan met Adrianus Johannes IJsselstijn Azn, die hetzelfde beroep uitoefende, hun vennootschap behield de naam, Firma L.J. Florijn.
De verdere geschiedenis van het bedrijf is ons niet bekend. Wel is het in 1921 gevestigd in de Sint Anthoniestraat en in 1930 uitgeschreven uit het register van de Kamer van Koophandel. Is er wellicht verband met de Firma Dirkzwager omdat Florijn één van zijn belangrijkste merken is?
Links staat Engelina en zittend Catharina(Trijntje)
De derde naam op de eerste steen luidt: Catharina Johanna Brasselaar, Kaatje. Zij wordt in Utrecht geboren als jonger zusje van Engelina. Zij trouwt op 22 jarige leeftijd met Hein S.W. van den Toorn, winkelier en woont in Rotterdam. Veertien jaar na zijn overlijden verhuist ze naar haar zuster op de Gouwe, november 1906. Beide zusters bereiken een hoge leeftijd en wonen lange tijd tesamen op de Hoge Gouwe. In 1922 verhuist Kaatje naar Turfmarkt 109 en woont daar nog 9 jaar. Ze is begraven bij haar zwagers, de echtgenoten van Engelina.
Engelina zelf wordt ruim 94 jaar oud. De begrafenis vertrekt vanaf de wijkverpleging Westhaven 11 en zij is als laatste in dit graf begraven.
Zie ook graf Av12